We hebben allemaal zo onze voorkeuren. Voor bepaalde dingen die we eten. Voor ons favoriete drankje. Voor de vakantiebestemming die we kiezen. Enzovoorts.
Velen van ons vinden het fijn om vast te houden aan onze favorieten. Want waarom van vakantiebestemming, dagcrème of automerk wisselen als je prima tevreden bent met wat je hebt?
Meer en meer zie ik echter dat we ons ook vasthouden aan favoriete gedachten, bij voorkeur als het gaat over iets dat ons in de weg zit. Zo heb ik zelf lang en vaak gedacht over het feit dat ik veel pijnklachten heb. Ik heb een vriendin wier favoriete gedachten gaan over waar ze nu toch klanten vandaan moet halen en een vriend die vrijwel voortdurend nadenkt over zijn energieniveau.
Die favoriete gedachten lijken allemaal over een legitiem probleem te gaan. Pijn is vervelend, klanten heb je nodig, net als de energie die mijn vriend mist.
Wat ik steeds duidelijker ga zien, is hoe ik mijn pijn zelf in stand hield of ‘groter’ maakte door er zoveel over na te denken. Zodra ik mijn ogen open deed, scande ik in mijn gedachten mijn lijf om vast te stellen wat voor een dag het was: een heel erg pijnlijke of een gewoon pijnlijke. Als iemand me vroeg hoe het met me ging, zei ik “goed!”. Maar dacht ik er achteraan “op die rotte pijn na”. Ik was bezig met remedies om van mijn pijn af te komen.
Welke pijnverdrijver ik ook probeerde, het hielp niet. Of een heel klein beetje. Of slechts tijdelijk.
Nu pas kan ik zien wat er écht aan de hand was: wat er gebeurde was dat ik een gedachte had over pijn en die in mijn bewustzijn haalde. Dat bewustzijn deed waar het voor aangenomen is: het creëerde een film met special effects met mijn pijngedachten als script. De special effects zorgden ervoor dat ik de pijn meer voelde, dat ik me zorgen maakte over een toekomst vol pijn, dat ik me belemmerd voelde in mijn mogelijkheden en in mijn welzijn, dat ik boos was op mijn lijf, enzovoorts. Mijn bewustzijn maakte een 3D film waardoor ik niets anders kon doen dan geloven dat het waar was. Dat de pijn echt was en dat ik écht van af moest komen.
Tot ik me realiseerde hoeveel ik over mijn pijn nadacht – hoe favoriet dat type gedachte was. Als ik er nu op terugkijk, kan ik pas zien hoe ver dat ging: dat vasthouden aan mijn favoriete gedachten over pijn… En ook hoe ver ik ging om daar vanaf te willen komen. Hoe het ongemerkt de onderstroom was gedurende mijn dag.
Ik ging zien wat ik deed: ik maakte de film. En ik kon daar mee stoppen. De pijn is er misschien (en wellicht verzin ik ‘m totaal) maar ik hoef er niet over na te denken. Ik kan een andere favoriete gedachte kiezen.
Zoals ik er voor kon kiezen niet of weinig na te denken over mijn lichamelijke klachten, zo kan mijn vriendin ervoor kiezen niet zoveel na te denken over het krijgen van klanten en kan mijn vriend zijn focus verleggen van zijn gebrek aan energie naar iets anders.
Ik heb gemerkt dat het loslaten van favoriete gedachten enorm veel ruimte geeft voor inspiratie en creativiteit. Persoonlijk word ik daar heel blij van. Blijer dan van in mijn favoriete gedachte blijven hangen om ik denk dat ‘ie waar is. Omdat dat niet zo is.